Rondreis Thailand
Dag 8
Chiang Rai-Bergstammen-Gouden Driehoek
15 maart
We hebben weliswaar heerlijk tot 7 uur kunnen uitslapen maar 08.30 uur zitten we alweer in de bus voor een bezoek aan de 'Bergstammen', ofwel de 'Hilltribes' in het Mae Salong gebergte. De 'Long Neck Karen' stam willen wij toch ook wel graag zien dus betalen we iets meer voor deze excursie. We stappen over in pick-ups omdat de wegen niet geheel geschikt zullen zijn voor de grote bus. We vinden het allemaal toch weer een mooi avontuur. Het gebied waar we doorheen gaan wordt steeds ruiger en wat schetst onze verbazing, we komen een grote bus van Fox reizen tegen. Het is wel erg krap om elkaar hier te passeren maar het lukt. We worden behoorlijk door elkaar geschud op de zandpaden waar we overheen rijden maar vinden het allemaal geweldig.Akha- en Yao bergstammen
In het eerste dorpje leven de Akha- en Yao bergstammen. De hutten zijn primitief maar het toerisme viert hier ook hoogtij. Ze vullen hun inkomen bij met het verkopen van traditioneel handwerk waarvan een deel ongetwijfeld uit grote fabrieken komt. De stammen hebben wel allemaal hun eigen identiteit. De Akha bijvoorbeeld dragen wijde zwarte broeken met daaroverheen een korte eveneens zwarte rok. Vooral de kralen-tasjes en de mutsen versierd met munten zijn kenmerkend voor deze stam. Ze behoren tot de armste bergstammen en misschien is daarom het animalisme binnen deze stam ook in de oorspronkelijke vorm blijven bestaan. Het eigenlijke dorp bezoeken we daarom vandaag niet vanwege de honden die op de menulijst van vandaag staan. De religie van de Yao stam is in principe gebaseerd op het Middeleeuwse Chinese taoïsme maar hebben zich steeds meer bekeerd tot het Boeddhisme en het Christendom. De vrouwen staan bekend om de schitterende borduurkunst die hun kleding siert.Opvallend zijn de rode wollen revers op de jas die ze dragen met daaronder een wijde broek met ingewikkelde patronen. Het is een vriendelijk volk en trots op hun afstamming en cultuur. Slecht één hut in het bergdorpje heeft stroom waar iedereen van af tapt. De bergstammen zijn in de loop der eeuwen vanuit China, Tibet en Myanmar naar Thailand verdreven waar ze nu leven zonder de Thaise nationaliteit te bezitten. Ondanks dat ze maar 1% van de totale bevolking uitmaken zijn ze belangrijk voor het land als 'toeristische attractie'. We werken er zelf aan mee en het voelt ook enigszins aan als 'poppetjes' kijken maar het geeft de bergstammen wel een beter bestaan.
Dat geldt ook voor de 'Paduang Long Necks' die we in het aangrenzende dorpje zien. Het is een sub-stam van de Karen die vooral bekend staan om hun weefkunst. De vrouwen van de 'Long Necks' dragen koperen ringen rond de nek en vaak ook om de armen en benen. Vanaf hun 5e levensjaar wordt begonnen met het dragen van de ringen. In de laatste fase zelfs tot ruim 30 ringen. Het maakt beslist geen langere nekken maar verstoren de groei van het sleutelbeen. In feite duwen ze de nekwervels en sleutelbeenderen omlaag. De hals en nekwervels raken zo verzwakt dat ze het hoofd ook niet meer zelf omhoog kunnen houden. Toch wel triest zo'n gebruik. Het is verder een vredig en behulpzaam volk, de vrouwen doen keurig hun dansje voor ons toeristen en gaan met ons op de foto. En dat vrijwel iedere dag. We kopen daarom toch maar iets bij de Karen en de Akha- en Yao. Dan hebben we voor ons gevoel toch nog een beetje bijgedragen aan betere omstandigheden. Ondanks hun diverse achtergronden, gebruiken en religies zijn we blij dat we deze mooie mensen hebben mogen ontmoeten. We keren daarop weer terug naar de geciviliseerde wereld en Chiang Rai.